Verschil verklaard uit de geschiedenis
De Accordeon kwam veel later
Om de harmonicainstrumenten in te delen, kun je het beste naar de ontstaansgeschiedenis kijken, dat is namelijk de enige oorzaak van het bestaan van al die verschillende instrumenten!
door Frank Riswick
Christian Friedrich Ludwig Buschmann maakte in 1821 de eerste mondharmonica (‘Mundaeoline’). Een jaar later maakte hij een balginstrument (‘Handaeoline’), dat bedoeld was als stemapparaat voor orgels. Beide instrumenten waren ‘single action’ (in één richting werkend).
- de handharmonica’s zijn afstammelingen van Demian’s ‘Accordeon’ (!) patent van 1829. Dit beschrijft een balginstrument met aan de baskant akkoorden onder elke toets.
- de Duitse Konzertina’s en de bandoneons (altijd wisseltonig) stammen af van Uhlig’s Konzertina (1834). Uhlig vond de vaste basakkoorden te star en maakte daarom een instrument met vrije bassen (1 toon per knop). De grootste bandoneons zijn helemaal chromatisch, maar voor het grootste deel wisseltonig. (Vanaf ongeveer 1900 werden er ook chromatische gelijktonige bandoneons ontwikkeld om het hoofd te bieden aan de opmars van de accordeon, maar dat is nooit meer iets geworden).
- deze vroege instrumenten waren wisseltonig, omdat er dan meer tonen op een klein toetsenbord konden worden ondergebracht. De tonen zijn zo verdeeld over trekken en duwen, dat er steeds een tonica-dominant samenhang is, zodat het spelen van een eenvoudige begeleiding weinig problemen oplevert.
- een buitenbeentje, de Engelse Concertina, door Charles Wheatstone uitgevonden (1829), is gelijktonig en chromatisch, waarbij de opeenvolgende tonen om en om op het linker en rechter toetsenbord liggen. Het instrument is daarom vooral geschikt voor het spelen van melodie zonder begeleiding.
Pas veel later (na 1850) werd de accordeon ontwikkeld, waarop in alle toonsoorten kan worden gespeeld.
Daarom kun je met zekerheid zeggen, dat een volledig chromatisch én gelijktonig instrument met akkoordbassen altijd een accordeon is.
Een instrument dat niet volledig chromatisch (dus diatonisch) is, óf een instument dat wisseltonig is, is een handharmonika als er aan de baskant akkoorden onder één knop zitten. Veel harmonica’s zijn wisseltonig én diatonisch, eventueel met extra ‘kruizen en mollen’.
Zitten er aan de baskant alleen individuele tonen onder elke toets, dan is het een Duitse Konzertina of een bandoneon. Is het instrument bovendien helemaal chromatisch en gelijktonig, dan is het een Engelse concertina of een Duett concertina (die zijn ook Engels).
N.B. De Anglo concertina is een soort Duitse Konzertina.