Begin 1993 liep Chris Duinmeijer over de Alkmaarse Oude Gracht, te peinzen wat hij zou willen als hij ‘nog maar een week had’. Het antwoord: een accordeonwinkel. Nu, tien jaar verder, is de Accordeontheek hèt epicentrum van buikorgelend Nederland en verkoopt Duinmeijer zijn accordeons en trekharmonica’s, zijn mondharmonica’s en bandoneons, zijn concertina’s, Eenrijers en parafernalia tot in België, Frankrijk en Duitsland aan toe.
Goedbeschouwd kon het niet veel anders gaan. Pa Duimeijer, groenteman in de Alkmaarse Oosterburgestraat, speelde immers al sinds jaar en dag accordeon op feesten en partijen. Dan róókte het van gezelligheid, met een ontketende senior op de toetsen, als was hij Johnny Meijer.
Voor Chris (toen 9, nu 42) dus het verhaal van muziek en de paplepel, al neeg hij om onverklaarbare reden naar de trompet. “Het werd uiteindelijk tòch accordeonles aan de plaatselijke Volksmuziekschool. En later het lidmaatschap van Accordeonvereniging Vita Nova, dat 23 jaar zou duren.”
Uiteindelijk werd het accordeon met recht een vita nova, een nieuw leven voor Chris. “Ik had ik de groentehandel gewerkt en als ambtenaar bij justitie. Totdat ik dus een keer op de Oude Gracht liep, bij volle maan. Jezelf de vraag stellen wat je zou willen als je nog slechts een week te leven had, kan veel helderheid verschaffen. Voor mij was het de helderheid van een winkeltje met louter accordeons.”
Niet gehinderd door ondernemingsplannen en dergelijke, toog Duinmeijer aan het voorbereiden. Er werd een klein winkeltje gevonden op een steenworp atstand van het vaderlijk aardappelpakhuis en de bank kwam met een paar centen over de brug.
“Ik begon vanuit huis letterlijk met één accordeon. Toen die was verkocht, kon ik er weer twee inkopen.”
Maar de eerste dag dat Chris zijn deuren van het piepkleine ‘Accordeontheekje’ opende, werd er nog geen mondharmoniea verkocht. Wel zag het zwart van de muziekliefbebbers, op de gracht.
“Ik had een Russische accordeonist ingebuurd en er kwam zo maar 600 man op af. Echt, het verkeer op de gracht kon geen kant meer op en ik, die maar eens wilde beginnen met twee openingsdagen per week, dacht al aan uitbreiding!”
“In het half jaar dat volgde kwam er echter geen hond. Ik kon geen postzegel kopen...”
Wat Chris Duinmeijer nooit had (kunnen) zien aankomen, is de wederopstanding van het buikorgel. “In een tijd dat het leven steeds maar sneller gaat en voor veel mensen steeds ‘onechter’ wordt, groeide de behoefte aan ouderwetse gezelligheid. Met computermuziek en een elektronisch keyboard bereik je die niet, maar het accordeon is bijna synoniem voor warmte en steer. Bovendien heb je een heel orkest bij je in je instrumentenkoffer. Rowen Hèze heeft dat ‘orkest’ op het podiurn gezet voor een jong publiek.”
Niet alleen het accordeon maar ook de trekharmonica (in vele landsdelen ook bekend als de trekzak) maakte een revival door, zij het dat die veel meer werd ingeblazen door de belangstelling voor zeemansliederen (steevast begeleid door een schippersklavier).
“Ik kreeg mijn eerste harmonicaatje in huis omdat een accordeonleverancier ermee aan kwam zetten. Er kwam echter steeds meer belangstelling, vooral vanuit trekzaksteden als Medemblik en Enkhuizen. Het instrumentje, met veel minder toetsen dan zijn grote broer, lijkt makkelijker.”
Met de belangstelling voor alles dat met ‘echte muziek’ te maken had, groeide ook de Accordeontheek. De zaak verhuisde naar het oude aardappelpakhuis en werd op die plek herhaaldelijk uitgebreid.
Nu, tien jaar na die maanverlichte wandeling over de Oude Gracht, is Chris’ zaak een begrip in binnen- en buitenland. Niet alleen voor accordeons en trekharmonica’s, maar tevens voor concertina’s, bandoneons (zeker na Maxima’s ‘Adios Nonino’) en mondorgels.
Denk echter met dat het daarmee ophoudt. Duinmeijer heeft met 1400 verschillende titels misschien wel Europa’s grootste verzameling buikorgel-cd’s, maar ook stropdassen met accordeons erop en stickers en beeldjes en oorbellen en knopen.
En dan is er nog de bladmuziek, het adressen<\->bestand van accordeon<\->docenten en een hele verzameling aan hebbedingetjes. “Nog altijd ben ik maar de helft van de week open, want de rest van de tijd is hard nodig voor mijn contact met alle leveranciers. Daarvan is mijn toekomst afliankelijk."
Toch blijven het altijd buikorgels die Chris verkoopt, hoe populair ook. Gaat dat nooit vervelen? “De instrumenten mogen in grote lijnen hetzelfde zijn, de mensen erachter zijn altijd weer verschillend. Voor mij is iedere klant mijn eerste, zo blijft het leuk.”