Nadat ik min of meer ben weggecatapulteerd bij de het evenement ‘Struinen door de Tuinen’ op zondag 5 september omdat mijn gastvrouw én de organisatie aldaar niet accepteerde dat ik het verschil tussen een trekharmonica en een accordeon zou uitleggen, heb ik besloten dan maar een dag tevoren mij kosteloos via twee buurtapps aan te bieden. Het was een vermoeiende, maar succesvolle dag!
Ik kreeg veel reacties. Bij vijf uitnodigingen riep ik ‘stop’. Het eerste adres was direct bij mij om de hoek. Op de koffie ter ere van een 80-jarige. Alle reden om vooral oude traditionals als ‘Falderie-faldera’ en ‘Muß i denn’ te spelen, gevolgd door Veronica-hits uit de 60-er jaren als ‘Buona Notte’ van Rocco Granata.
Met een fles wijn en een in de hal nog nagefluisterd weet je, ik moet je iets zeggen: ik heb genóten!
verliet ik mijn eerste speelplek.
Bij het volgende adres wat het een stuk rustiger. Een vriendelijke dame met drie vriendinnen op bezoek, waar ik koffie en een citroenappelkruimeltaartje kreeg. Tot mijn verbazing (en tot de hare) trof ik daar ook mijn meest recente leerling aan. Ze was al een tijd niet meer geweest en ik dacht dat dat was omdat ze niet tevreden zou zijn met mijn aanpak. Maar toen zei ze zomaar ongevraagd tegen de overige gasten dat ik zo’n goede docent was. Hij is zo geduldig met me en je weet dat ik niet geen gemakkelijke ben. Jammer dat ik zoveel andere toestanden heb, dat ik voorlopig niet aan lessen toe kom.
Dat was een hele geruststelling na een kennismakingsgesprek een dag eerder met stel mensen dat mij als groepsdocent had benaderd. Die vonden dat mijn aanpak helemaal verkeerd was op alle punten. Dat liep zo extreem uit de hand dat ik werkelijk was gaan twijfelen aan mijn diatonisch-educatieve gaven en besloot daar geen les te gaan geven. Dan is de reactie van zo’n leerling natuurlijk echt een verademing.
Hier dus veel gekletst, maar ook veel van mijn Catalaanse repertoire laten horen.
Het derde adres was eigenlijk wel het hoogtepunt. Daar zat in de tuin een gemengd gezelschap van jong tot oud. De sfeer was er naar om te beginnen met een paar smartlappen. ‘Patsy’ - ook zo’n hit uit mijn veronicatijd uit de jaren ’60. En vervolgens ‘De Oude Jacob’, een compositie van Harry Bannink en Annie M.G. Schmidt uit ‘Ja Zuster, Nee Zuster’. Toen het na even uitademen richting Baskisch ging – een Baskische jota-variant: (Andre Madalen - een fandangoa) – begon één stel te dansen, uiteindelijk gevolgd door zowat het hele gezelschap! Als dank kreeg ik spontaan een bloemetje. Dit zijn de dingen waarom ik spelen op de trekharmonica zo leuk vind.)
De gastvrouw verklaarde later dat ik ‘de kers op de taart was van het feest’. Met een bloemetje en lichtelijk aangeschoten door de wijn die me rijkelijk was aangeboden ging ik even langs huis om mijn voorraad visitekaartjes aan te vullen.
Op derde adres liep het weer heel anders. Het was op de stoep langs de Goudsbloemlaan, waar allerlei hapjes klaarstonden en werd gewerkt aan een paella. Hier heb ik meer op de achtergrond gespeeld. Leuk aan deze bijeenkomst was een nieuwsgierig meisje van een jaar of 9, dat mijn trekharmonica wilde proberen. Met wat oefenen kreeg ze gauw door hoe ze de Pletwals moest inzetten. Helaas kreeg haar vader de paella niet tijdig klaar, terwijl het laatste adres op me wachtte.
Ja. Ik zie er hier inderdaad wat uitgeblust uit.
Dit was dan ook mijn vijfde sessie.
Normaliter speel ik staand. Maar ik was echt al heel erg moe na zo’n dag en er was gelukkig een leuningloze stoel beschikbaar.
Toch was dit een stemmige avond voor een rustig publiek van vier personen. Twee jongeren en hun ouders. Een van de zonen was jarig en ik was de onverwachte verrassing.
Behalve ikzelf zakte de zon ook al weg en deze sessie speelde ik dan ook vooral rustige deunen (Russisch, Scandinavisch en Grieks).
Met één uitzondering. “Vagnshusscottish’ en ‘Bakketoppen’ uit de cd ‘Lyst’ van Carl Erik Lundgaard, die ik op het gehoor heb leren spelen. Dit met de bedoeling om de charme van de trekharmonica nader te verklaren, want hier kun je lekker stevig heen-en-weren.
En precies wat ik wilde illustreren, gebeurde ook tijdens dat heen-en-weren: de vrouw des huizes stond op en begon rond haar stoel te dansen.
Het bewijs is er weer: de cadans van een trekharmonica zet duidelijk aan tot dansen!
Met een fles wijn en een heimelijk verborgen envelop met inhoud fietste ik doodmoe, maar heel tevreden huiswaarts.