De Nijmeegse Tweerijer – Kinderliedjes

De meeste levende volksmuziek van Nederland: de kinderliedjes. Nu gebundeld voor de trekharmonika met een filosofische inleiding.

Zeer uiteenlopend:

• Surrealistisch: ‘De vlooien waren zeven meter lang, ze hadden vader’s onderbroekje aan’,
• Plechtig: ‘Vanwaar komt gij getreden, Magommetje?’,
• Moralistisch: ‘Ik zal zoet naar school toegaan en de bloemetjes laten staan’,
• Realistisch: ‘Dan valt ze in de sloot, dan is ze dood, morsdood’,
• Opportunistisch: ‘Honderdduizend gulden .... laat ’m dan maar binnenkomen’,
• Historisch: ‘Eerstmaal was er een prins in ’t land en nu die kale Fransen’.

... en het swingt nog steeds, en zeker met een trekhamonika bij de hand!

Inhoud:

1. ABCDEFG
2. Abraham had zeven zonen
3. Advocaatje ging op reis
4. Alle eendjes zwemmen in het water
5. Alles in de wind
6. Als de grote klokke luidt
7. Altijd is Kortjakje ziek
8. Ben ik dan geen arme smid
9. Berend Botje
10. Boer wat zeg je van mijn kippen
11. Constant had een hobbelpaard
12. Daar liep een oude vrouw op straat
13. Daar vaart een man op zee
14. Daar was laatst een meisje loos
15. Daar zaten zeven kikkertjes
16. Dat gaat naar Den Bosch toe
17. De uil zat in de olmen
18. De Zevensprong
19. De Zilvervloot
20. Draai het wieletje nog 's rond
21. Drie kleine kleutertjes
22. Drie maal drie is negen
23. Elsje Fiederelsje
24. Epompee poedenee poedenaska
25. Er liep een aardig meisje
26. Er zat een aapje op een stokje
27. Groen is gras
28. Hansje Pansje Kevertje
29. Helder in de kelder
30. Herder laat je schaapjes gaan
31. Het regent, het zegent 43
32. Hij is met zijn kontje in het water gevallen
33. Hoedje van papier
34. Hoofd en schouders knie en teen
35. Hop hop hop paardje in galop
36. Hop Marjanneke
37. Ik ben geboren in Frieseland
38. Ik heb m'n wagen volgeladen
39. Ik stond laatst voor een poppenkraam
40. Ik zag twee beren
41. Ik zeg er van Japie sta stil
42. Ik zou zo graag een ketting rijgen
43. In de maneschijn
44. In Den Haag daar woont een graaf
45. In een groen (4x) knollenland
46. In Holland staat een huis
47. Jan Huigen in de ton
48. Juffrouw wil je mijn marmotje zien
49. Kaatje ben je boven
50. Klap eens in je handjes
51. Klein klein kleutertje
52. Krui kruiwagentje
53. Mieke hou je vast
54. Moeke d'r staat een vrijer aan de deur
55. Mooi Ietje Fietje
56. Moriaantje zo zwart als roet
57. O mani mani mani acadé fifa
58. Onder moeders paraplu
59. Op een been Jan Thijssen
60. Op een rode paddestoel
61. Opa Bakkebaard
62. Ozewiezewoze
63. Papagaaitje leef je nog
64. Parapluutje parasolletje
65. Poesje mauw
66. Rijen rijen rijen in een wagentje
67. Rosa Rosa bloemen op je hoed
68. Schaapje schaapje heb je witte wol
69. Schip moet zeilen
70. Schipper mag ik overvaren
71. Schuitje varen
72. Slaap kindje slaap
73. Sliep scheren en messen
74. Toen onze Mop een Mopje was
75. Tussen Keulen en Parijs
76. Twee emmertjes water halen
77. Vader Jacob
78. Vanwaar komt gij getreden (Magommetje)
79. Varen varen over de baren
80. Waarvan gaan er de boeren
81. Wel Anne-Marieke waar gaat gij naar toe
82. André
83. Witte zwanen zwarte zwanen
84. Zagen zagen wielewielewagen
85. Zakdoek leggen
86. Zeg ken jij de mosselman
87. Zeg Roodkapje
88. Zo gaat de molen
89. Akkoorden, noten
90. Volgordes, tekens, transponeren