Eigen zouden wij dagelijks willen bestrijden dat de harmonica een ‘clownesk’ instrument is. Maar dan krijg je een foto toegestuurd van een dame, die ons tijdens een rondvaart door de Haagsche grachten vastlegde op de gevoelige chip. En wat zien wij: een maf petje, een bolle toet en een bonte parapluie en een maffe grijns. De clown op en top.
Op deze foto is er geen ontkomen aan. Tja, daar sta je dan (of liever gezegd: daar zit je dan) met je mooie praatjes...
Het mag bekend worden verondersteld, dat wij – samen met een vroegere leerling – de rondvaarten door de Haagse grachten regelmatig diatonisch begeleiden. Gezien de uiterste flexibiliteit die van de muzikant wordt geeïst: steeds bukken bij bruggen, de muziek stoppen om de gids aan het woord te laten, bijvoorbeeld.
Het was een regenachtige zaterdag met enkele zonnige buien. Aangezien de rondvaart plaatsvindt in traditionele open bakken (vanwege de vele lage bruggen, waarvoor regelmatig zelfs moet worden gebukt), zit je in de regen niet droog. De organisatie zorgt dan ook altijd voor een ruime dosering regenschermen en het spreekt voor zich, dat wij daar graag gebruik van maken, want een het verschil tussen de menselijke tong en die van een trekzak is dat de laatste niet van vocht houdt.
Nu moesten de plu’s regelmatig worden dichtgeklapt om niet met elkaar in de clinch te geraken bij het bukken voor de bruggen. Maar de harmonica moet nu eenmaal onder alle omstandigheden droog blijven. De oplossing was om op de bodem van de boot te gaan zitten, terwijl een dame een extra plu boven mijn hoofd hield. die ook bij het aanvaren van de bruggen geopend kon blijven. Toen ze een foto wilde maken, nam ik het zelf even over en het resultaat ziet u dus hierboven.
Uiteraard probeer je – al schuilend onder een van de hogere bruggen de stemming er een beetje in te houden. Het ‘interactieve’ Calijides – ooit gehoord van Geert Oude Weernink en op papier gekregen van Harrïet de Jonge – leende zich er goed voor. “Pa, pa, pa, pa” refreinde het al gauw van onder de brug.