Een fraaie Hohner lepelbasser te koop! Spliksplinternieuw, met tien bassen en vier registers. Per postorder te bestellen! En dat voor slechts 26 oude guldens!
Hier ziet u de precieze beschrijving:
Er is echter één ‘maar’ aan verbonden. Je moet er even voor teruggaan in de tijd, namelijk naar 1913. Toen kwam de Leonidas postordercatalogus uit met een zeer uiteenlopend aanbod aan artikelen: van schertsartikelen tot muziekinstrumenten tot fietsen.
Bijna twee pagina’s zijn ingeruimd voor wat toen ‘handharmonica’s’ werden genoemd (de accordeon was blijkbaar nog niet interessant voor de verkoop. Bestond die toen eigenlijk al???).
Onder deze 14 exemplaren een opmerkelijk aantal éénrijers, die geen lepels hebben (net zoals de meeste huidige cajun-instrumenten), maar opmerkelijk genoeg geen van allen met meer dan twee registers in plaats van vier tegenwoordig. Het goedkoopste exemplaar kostte ƒ 1,65 (!!), evenveel als een occarina (!!).
De meerrijers zijn geen van allen lepelloos. Ze hebben 4 lepelbassen, net zoals een tweerijer die we eerder in ons bezit hadden.
Slechts één exemplaar – de duurste, uiteraard – is het type dat we nu ook nog wel kennen van bijvoorbeeld ’t Kliekske en het Brabants Volksorkest: het exemplaar van ƒ26,– dat we hierboven uitgebreid hebben beschreven. Het had ook vier registers.
Volgens de beschrijving betrof het een Hohner (‘een waarborg voor soliditeit’). Er moeten er aardig wat rondgezworven hebben.
Alhoewel het bedrijf Leonidas in het Limburgse Tegelen was gevestigd, nemen we aan dat er een afzet was in heel Nederland. Waar zijn al die ‘solide’ instrumenten toch gebleven?
(met dank aan Daniel de Heus voor de tip)